Een verplichte griepprik voor verpleegkundigen, kan dat?

Staatssecretaris Blokhuis laat uitzoeken of er een verplichte griepprik kan komen voor zorgmedewerkers. Maar wat zegt de wet van zo’n verplichting?

Staatssecretaris Paul Blokhuis van Volksgezondheid wil ‘verkennen of het wenselijk en mogelijk is om de griepvaccinatie onder (nieuw) zorgpersoneel verplicht te stellen’, zo schrijft hij in een Kamerbrief naar aanleiding van de griepgolf in de winter 2017/2018.

Personeelstekort

De griepgolf van vorig seizoen duurde achttien weken langer dan normaal, zo blijkt uit onderzoek van het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM). In die periode kregen 900.000 mensen griep en stierven er 9500 mensen meer dan normaal. Dat leidde tot moeilijkheden in heel het land: verschillende ziekenhuizen kampten met een tekort aan personeel. Sommige moesten vanwege de griepgolf zelfs afdelingen sluiten, zo meldde de NOS.

Vaccinatiegraad

Een van de manieren om het aantal door griep gevloerde zorgmedewerkers omlaag te krijgen, schrijft Blokhuis, is het verhogen van de vaccinatiegraad onder zorgpersoneel. Volgens het RIVM was die in 2014 maximaal 33%. De staatssecretaris streeft naar een vaccinatiegraad van 100%. Want des te hoger het aantal gevaccineerde zorgmedewerkers, des te meer bescherming voor patiënten en cliënten. En des te kleiner de kans dat medewerkers zelf griep krijgen of anderen besmetten, redeneert hij.

Controverse

Maar verpleegkundigen voelen niets voor het verplicht stellen van de griepprik. Na de uitspraak van de Staatssecretaris startte Nursing een Facebook-poll met de vraag of verpleegkundigen hier voor of tegen zijn. Binnen een paar uur waren er meer dan 4000 stemmen, waarvan 90 procent tegen. Honderden mensen lichtten hun stem toe, de meesten in de trant van: ‘Niemand kan mij verplichten om een goedje in m’n lijf te laten spuiten waar nog zoveel controverse over is.’ Een andere verpleegkundige schrijft: ‘Als ze dat ding verplichten, laat ze mij er dan maar uitgooien. Goed idee dit, met het tekort aan zorgpersoneel dat er op dit moment is.’

Werkzaamheid

Die controverse, dat is waar de schoen wringt bij de tegenstemmers. Ze zien het nut niet van een matig effectief griepvaccin. Uit wetenschappelijk onderzoek blijkt dat het vaccin wel beschermt tegen de griep, maar niet erg goed. De heersende griep komt niet altijd overeen met de stam uit het vaccin. Dat maakt dat het vaccin chronisch zieke patiënten slechts in 44-60% van de gevallen beschermt tegen de griep. Er is onvoldoende sterk bewijs dat vaccinatie van zorgverleners het aantal griepgevallen onder patiënten vermindert. Blokhuis wil hen daarom vanaf seizoen 2019-2020 een nieuw vaccin aanbieden. De verwachting van het RIVM is dat dit zogenaamde quadrivalente vaccin effectiever is. De staatssecretaris hoopt dat dit, samen met het verplicht stellen ervan, kan zorgen voor een stijging van de vaccinatiegraad richting de 100%.

‘Mijn lichaam, mijn tempel’

Maar dat verplichten van de griepprik stuit op juridische bezwaren. Een harde verplichting is in strijd met het zelfbeschikkingsrecht dat in de Grondwet staat beschreven. ‘Dat principe komt neer op ‘mijn lichaam, mijn tempel’’, zegt Carel van den Bergh, jurist bij NU’91. ‘Er is bijna niets wezenlijkers dan die regel. Dus als jij zegt: ik wil geen griepprik, dan kan niemand je daartoe verplichten.’ Er zijn wel uitzonderingen mogelijk, zegt Van den Bergh. Maar omdat het gaat om de Grondwet, heeft een wijziging heel wat voeten in de aarde. Deze moet eerst worden goedgekeurd door de Eerste en Tweede Kamer. Dan moet het volk naar de stembus voor een nieuwe Tweede Kamer, waarna allebei de Kamers nóg een keer moeten stemmen over de Grondwetswijziging. Daarbij is een tweederde meerderheid nodig. ‘Dat is erg moeilijk te realiseren’, zegt Van den Bergh. ‘Als je inbreuk wil maken op deze lichamelijke integriteit, moet je van goeden huize komen.’

Functie-eis

Toch kan de griepprik feitelijk verplicht worden gemaakt, net zoals de hepatitis B-vaccinatie. Werkgevers zijn volgens de Arbeidsomstandighedenwet verplicht om te zorgen voor een veilige werksituatie. Zij kunnen daarom eisen vaststellen waaraan werknemers moeten voldoen om hun functie te vervullen, zoals vaccinaties. In het geval van hepatitis B gaat het om medewerkers die in aanraking kunnen komen met bloed, en dus met het hepatitis B-virus. Hoewel je volgens de Grondwet de prik altijd mag weigeren, kan je werkgever dan niet meer garant staan voor jouw veiligheid en die van je patiënten. Hij kan besluiten dat jij je functie niet (meer) kan uitvoeren en je bijvoorbeeld overplaatsen naar een andere afdeling.

Zelf beslissen

Maar is de griepprik vergelijkbaar met de hepatitis B-prik? Stel je de veiligheid van jezelf en je patiënten net zo op de proef als je de griepprik weigert? Nee, zegt NU’91: verpleegkundigen kunnen heel goed zelf beslissen of een griepvaccinatie voor hen wenselijk is, en nemen in die afweging de veiligheid van hun patiënten mee. Een verplichte griepprik zou geen wenselijke oplossing zijn voor alle partijen: de patiënt, de werkgever en de verpleegkundige. Het zou getuigen van weinig respect voor de beroepsgroep, aldus NU’91. De belangenvereniging laat daarom weten bereid te zijn om via de rechter een stokje te steken voor de plannen van de staatssecretaris.

Verantwoordelijkheid

Ook V&VN vindt een verplichte prik een inbreuk op de zelfbeschikking van zorgmedewerkers: elke verpleegkundige moet zelf kunnen afwegen of zij de griepprik haalt. De beroepsvereniging adviseert wel om de prik te nemen met het oog op de gezondheid van patiënten. Hoewel er kanttekeningen zijn te plaatsen bij de werking van het vaccin, is het aantoonbaar effectief, volgens V&VN. ‘Vaccineren is ieders eigen verantwoordelijkheid’, zegt directeur Sonja Kersten. ‘We zouden moeten inzetten op voorlichten, motiveren, enthousiasmeren, onderbouwen en verbeteren van deze vaccins. En last but not least: het doen afnemen van incorrecte beeldvorming over vaccinaties.’

Dit artikel verscheen op Nursing.nl op 18 oktober 2018 en in Nursing van november 2018.